Smartcards
Gebruikershandleiding
Beveiliging
287
Informatie over het gebruik van een smartcard met uw toestel
Op smartcards worden certificaten en persoonlijke sleutels opgeslagen. U kunt met een Smart Card Reader certificaten vanaf
een smartcard importeren naar de sleutelopslag op uw BlackBerry®-toestel, maar u kunt geen persoonlijke sleutels
importeren. Als gevolg hiervan maken bewerkingen van persoonlijke sleutels zoals ondertekening en decodering gebruik van
de smartcard. Bewerkingen van openbare sleutels zoals verificatie en codering maken gebruik van de openbare certificaten op
uw toestel.
Als u de smartcardlezer hebt aangesloten op uw toestel en u een smartcardcertificaat gebruikt voor verificatie met uw toestel,
verzendt uw toestel elke keer als u het toestel ontgrendelt een verificatieverzoek naar de smartcard.
U kunt meerdere smartcardstuurprogramma's installeren op uw toestel, waaronder stuurprogramma's voor microSD-
smartcards, maar u kunt slechts één smartcard per keer gebruiken voor verificatie. Als u de verificatie uitvoert met een
microSD-smartcard en u mediabestanden wilt uitwisselen tussen uw microSD-smartcard en uw computer in de
massaopslagmodus, moet u verificatie op basis van twee factoren tijdelijk uitschakelen of een andere verificatieoptie
selecteren.
Als het S/MIME Support Package voor BlackBerry®-toestellen op uw toestel is geïnstalleerd, kunt u berichten met S/MIME-
beveiliging verzenden met behulp van smartcardcertificaten.
Verificatie op basis van twee factoren inschakelen
Voor deze taak moet u een wachtwoord hebben ingesteld voor uw BlackBerry®-toestel en moet u het wachtwoord hebben dat
u hebt ontvangen bij uw smartcard.
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Wachtwoord.
• Als u met een smartcard en het wachtwoord uw toestel wilt ontgrendelen, moet u het veld Verficatietype instellen op
Smartcard.
• Als u met een aangesloten Smart Card Reader (zelfs wanneer de smartcard niet is geplaatst) en het wachtwoord uw
toestel wilt ontgrendelen, moet u het veld Verificatietype instellen op Korte afstand. Schakel het selectievakje Vraag
voor het toestelwachtwoord in.
3. Druk op de toets
> Opslaan.
Een certificaat importeren van een smartcard
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Geavanceerde beveiligingsinstellingen > Certificaten.
3. Druk op de toets
> Smartcard-certificaten importeren.
4. Voer uw smartcardwachtwoord in.
5. Schakel het selectievakje naast een certificaat in.
6. Klik op OK.
7. Typ het wachtwoord van het sleutelarchief.
8. Klik op OK.
Gebruikershandleiding
Beveiliging
288
Uw toestel vergrendelen wanneer u uw smartcard uit de smartcardlezer
verwijdert
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Wachtwoord.
3. Stel het veld Gebruikersverificatie indien nodig in op Smartcard.
4. Wijzig het veld Vergrendelen bij verwijdering van kaart in Ingeschakeld.
5. Druk op de toets
> Opslaan.
Informatie over slimme wachtwoordinvoer
Als u geavanceerde verificatie gebruikt en het wachtwoord of smartcardwachtwoord van uw BlackBerry®-toestel numeriek is,
kunt u in bepaalde wachtwoordvelden mogelijk slimme wachtwoordinvoer gebruiken. Wanneer slimme wachtwoordinvoer is
ingeschakeld, kan uw toestel de vorm van een wachtwoord onthouden dat u in een wachtwoordveld invoert. Wanneer u het
wachtwoord opnieuw invoert, past uw toestel een slim wachtwoordfilter toe op het wachtwoordveld. Indien het wachtwoord
numeriek is, verschijnt een 123-indicator naast het wachtwoordveld en hoeft u de Alt-toets niet in te drukken om getallen te
typen. Als het wachtwoord alfanumeriek is, worden naast het wachtwoordveld letters weergegeven.
Als u slimme wachtwoordinvoer wilt gebruiken, moet geavanceerde verificatie zijn ingeschakeld en dienen de juiste
stuurprogramma's voor de smartcard en de smartcardlezer op uw toestel te zijn geïnstalleerd.
Slimme wachtwoordinvoer uitschakelen
Voor deze taak moet u een smartcard en een wachtwoord gebruiken om uw BlackBerry®-toestel te ontgrendelen.
U kunt slimme wachtwoordinvoer uitschakelen. Zo verkleint u de kans dat het wachtwoord of het smartcardwachtwoord van
uw toestel - gebaseerd op het slimme wachtwoordfilter dat uw toestel op wachtwoordvelden toepast - door iemand wordt
geraden.
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Wachtwoord.
3. Stel het veld Gebruikersverificatie indien nodig in op Smartcard.
4. Stel het veld Slimme wachtwoordinvoer in op Uitgeschakeld.
5. Druk op de toets
> Opslaan.
Om slimme wachtwoordinvoer weer in te schakelen, stelt u het veld Slimme wachtwoordinvoer in op Ingeschakeld.
Van slimme wachtwoordfilters veranderen
Druk in een leeg wachtwoordveld op de Enter-toets.
De indicator voor de nieuwe slimme wachtwoordfilter wordt naast het wachtwoordveld weergegeven.
Gebruikershandleiding
Beveiliging
289
Vereisten: gebruik van certificaten voor verificatie
• De juiste stuurprogramma's voor de smartcard en de Smart Card Reader dienen op uw BlackBerry®-toestel te zijn
geïnstalleerd.
• U dient een certificaat voor uw smartcard te hebben geïmporteerd dat u voor ondertekening en verificatie kunt gebruiken.
• U dient geavanceerde verificatie in te schakelen.
• U dient een toestelwachtwoord te hebben ingesteld.
• U hebt het smartcardwachtwoord nodig dat u bij uw smartcard hebt gekregen.
Een certificaat gebruiken voor verificatie van uw smartcard
Voor deze taak moet u een smartcard en een wachtwoord gebruiken om uw BlackBerry®-toestel te ontgrendelen.
Als u een certificaat gebruikt voor verificatie van uw smartcard, verifieert het certificaat uw smartcard wanneer u uw smartcard
gebruikt om uw toestel te ontgrendelen.
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Wachtwoord.
3. Stel het veld Gebruikersverificatie indien nodig in op Smartcard.
4. Wijzig het veld Certificaat voor verificatie.
5. Druk op de toets
> Opslaan.
Als u geen certificaat meer wilt gebruiken voor de verificatie van uw smartcard, stelt u het veld Certificaat voor verificatie in
op Geen.
Automatisch de status van uw certificaat voor verificatie controleren
Voor deze taak moet u een smartcard en een wachtwoord gebruiken om uw BlackBerry®-toestel te ontgrendelen.
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Wachtwoord.
3. Stel het veld Gebruikersverificatie indien nodig in op Smartcard.
4. Wijzig het veld Controleren status van certificaat.
5. Druk op de toets
> Opslaan.
Als uw toestel de status van uw certificaat voor verificatie controleert en dit certificaat ingetrokken of verlopen blijkt te zijn,
wordt uw toestel vergrendeld.
De wachtwoordzin van uw smartcard op uw toestel opslaan
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Smartcard.
3. Schakel het selectievakje PIN-cachegebruik in.
Gebruikershandleiding
Beveiliging
290
4. Druk op de toets
> Opslaan.
Uw BlackBerry®-toestel slaat de wachtwoordzin net zo lang op als uw wachtwoord voor de sleutelopslag.
Meldingen voor smartcardverbindingen uitschakelen
1. Klik in het beginscherm of in een map op het pictogram Opties.
2. Klik op Beveiliging > Smartcard.
3. Schakel het selectievakje LED-verbindingsindicator uit.
4. Druk op de toets
> Opslaan.
Als u de melding voor smartcardverbindingen wilt inschakelen, selecteert u het selectievakje LED-verbindingsindicator.